Diergezondheidskosten als verzekeringspremie

Er is een duidelijke trend zichtbaar in diergezondheidskosten per zeug per jaar: die zijn de laatste vijftien jaar, voornamelijk op zeugenbedrijven, alleen maar toegenomen. Dierenarts John van der Wielen: “Vooral bij goede prijzen lijken meer bedrijven te kiezen voor een extra enting als vorm van verzekering.”

De gemiddelde diergezondheidskosten op zeugenbedrijven zijn in vijftien jaar tijd meer dan verdubbeld. De kosten zijn van € 47 per zeug in 2002 opgelopen naar € 103 in 2017. Die kostenstijging is meer dan de inflatie. Dat blijkt uit cijfers van het Bedrijven Informatienet (BINternet), dat jaarlijks de resultaten van varkensbedrijven verzamelt.

Bij een zeugenbedrijf dat 30 biggen aflevert, kom je met drie entingen al snel op € 90 tot € 100 per zeug uit

In 2017 lag op gespecialiseerde zeugenbedrijven het gemiddelde aantal grootgebrachte biggen op 29,3 per zeug per jaar. Dat is een derde meer dan in 2002. Elke vaccinatie die bij de biggen wordt toegepast, moet dan ook bij meer dieren worden uitgevoerd. Hier is het grootste deel van de verklaring te vinden van de hogere diergezondheidskosten door de jaren heen. Niet alleen het aantal biggen per zeug neemt toe, het aantal vaccinaties per big eveneens.

 

Biggenvaccinaties grootste kostenpost
John van der Wielen, dierenarts bij De Varkenspraktijk locatie Oss (N.-Br.), merkt dat steeds meer vaccinaties bij biggen worden toegepast. “De diergezondheidskosten op zeugenbedrijven komen voor 70 tot 80% voor rekening van biggenvaccinaties”, aldus Van der Wielen. De overige kosten zijn voor de vaccinaties van de zeugen en andere diergeneesmiddelen zoals pijnstillers, antibiotica en ontwormingsmiddelen. “Dat is in verhouding over het algemeen maar een klein gedeelte.”

Van der Wielen schat in dat op dit moment gemiddeld bijna drie vaccinaties bij de biggen uitgevoerd worden, waar voorheen twee de standaard was. Circo en Mycoplasma zijn bijna standaardvaccinaties. Daarnaast wordt steeds meer gevaccineerd tegen PRRS en/of Lawsonia intracellularis (PIA). Van der Wielen schat in dat 30 tot 40% van de zeugenhouders de biggen tegen PRRS ent, en 10% tegen PIA. Daarnaast ent nog een paar procent van de bedrijven de biggen tegen Coli.

Op vleesvarkensbedrijven lagen de kosten voor diergezondheid de laatste vijftien jaar
al relatief laag en zijn licht gedaald. De laatste jaren bleven de diergezondheidskosten
voor vleesvarkens stabiel rond de € 2 per vleesvarken per jaar.

Verschuiving naar preventieve kosten
Kees Ligthart, agrarisch bedrijfsadviseur bij Abab Agro Advies, ziet in de resultaten van de afgelopen jaren een verschuiving naar meer preventieve diergezondheidskosten op de varkensbedrijven, op zowel zeugenbedrijven als vleesvarkensbedrijven. Bij een groeiend aantal vleesvarkensbedrijven ziet de adviseur de diergezondheidskosten per vleesvarken, die al jaren rond € 1 tot € 2 per vleesvarken liggen, verdubbelen doordat bijvoorbeeld een vaccinatie tegen APP wordt uitgevoerd.

Prijs vaccinatie blijft gelijk
De prijs per vaccinatie neemt zeker niet veel toe, geeft Van der Wielen aan. Gemiddeld zou je voor een enting ongeveer € 1 kunnen nemen. De prijs van een Circo- en PRRS-vaccin ligt een stuk boven € 1 per big, een Mycoplasma-vaccin onder € 1 per big. “Bij een zeugenbedrijf dat 30 biggen aflevert, kom je met drie entingen al snel op € 90 tot € 100 per zeug uit”, aldus Van der Wielen. Omgerekend betekent het dat voor een gemiddeld zeugenbedrijf in Nederland, met 780 zeugen en 29,3 afgeleverde biggen per zeug per jaar, de jaarkosten voor diergezondheid met drie biggenvaccins al snel op meer dan € 70.000 liggen.

Prijzige griepvaccinatie
De kosten voor de zeugenvaccinaties tellen veel minder hard mee in het totaal. De relatief prijzige griepvaccinatie bij zeugen kost ongeveer € 7 per zeug per jaar, maar deze kosten kun je delen door het aantal biggen per zeug. Dit komt dan uit op ongeveer € 0,23 per big.

Ook de kosten voor bedrijfsbegeleiding zijn relatief laag. Al zou je € 1.000 per maand betalen aan goede begeleiding, dan is dat op een bedrijf met 1.000 zeugen nog maar € 1 per maand per zeug ofwel € 0,40 per afgeleverde big per jaar. Wil je besparen op diergezondheidskosten, dan heeft het weglaten van een biggenvaccinatie het grootste effect op de kostprijs.

De gemiddelde diergezondheidskosten op zeugenbedrijven zijn
in vijftien jaar meer dan
verdubbeld. De kosten zijn van € 47 per zeug
in 2002 opgelopen naar € 103 per zeug in 2017.

‘Focussen op één parameter niet verstandig’
Focussen op slechts éen parameter, zoals de diergezondheidskosten, is echter niet verstandig, stelt Ligthart. “Kijk eerst naar de grote lijnen op het bedrijf, zodat je het geheel blijft overzien en focus daarna op de onderliggende parameters.” Het is volgens de adviseur van belang dat je de kosten voor enten in verhouding ziet. De kostprijs van een big ligt rond € 47. Hiervan komt ongeveer € 3 voor rekening van diergezondheid. De voerkosten van zeugen, opfokzeugen en biggen vormen ongeveer € 23 van de kostprijs, energiekosten ongeveer € 1,50 en fokkerij en ki rond € 1 per big.

‘We enten liever minder dan meer’
Het vaccineren van biggen is niet vanzelfsprekend voor varkenshouder Henkjan ten Kate. Hij heeft op zijn bedrijf in Veeningen (Dr.) een hoge gezondheidsstatus met een zeer laag diergeneesmiddelengebruik. Het vaccineren van de biggen gaat in overleg met de afnemer van de biggen, ook is er overleg binnen de varkensketen.
Ten Kate maakt met zijn zeugenbedrijf met 420 zeugen deel uit van de varkensketen Frievar. Binnen de keten is veel aandacht voor diergezondheid, net als op het varkensbedrijf van Ten Kate. “De diergezondheidskosten op mijn zeugenbedrijf liggen momenteel op € 68 per zeug per jaar”, vertelt ten Kate. Zijn kosten bestaan voornamelijk uit biggenentingen.

De keuze voor een vierwekensysteem met gestructureerde looplijnen is mede debet geweest aan een zeer laag medicijngebruik. Het antibioticagebruik is te verwaarlozen met een dierdagdosering ruim onder de 1 in de afgelopen vier jaar. Momenteel krijgen de biggen bij Ten Kate drie entingen; Mycoplasma, Circo en Pia. Binnen het Frievar-concept worden twee entingen meegenomen in de standaardprijs van een big. De derde enting, tegen Pia, voert Ten Kate uit op verzoek van de vaste afnemers van de biggen. De vleesvarkenshouders vergoeden dan ook de kosten van deze enting.

Het zeugenbedrijf is vrij van PRRS, hiervoor krijgen alleen de zeugen in de kraamstal op dag zeven in de zoogperiode een enting. Dat is niet noodzakelijk, maar ten Kate vindt helemaal niet vaccineren tegen PRRS een te groot risico. Hij ziet de PRRS-enting bij de zeugen als een extra verzekering voor zijn bedrijf, maar het is ook in het belang van de keten.

Ten Kate schat in dat het voor hem lastig is om de diergezondheidskosten verder te verlagen. “Het enten van de biggen is echter geen must binnen de keten”, aldus Ten Kate. Alles vindt in overleg plaats en er wordt veel gemonitord op de Frievar-bedrijven. Het is wel goed mogelijk dat hij in de toekomst afscheid neemt van de Mycoplasma- en/of Circo-enting, als deze niet nodig blijken te zijn. “We enten liever minder dan meer”. De laatste investering die alle zeugenbedrijven in de Frievar-keten gezamenlijk hebben gedaan om de diergezondheid te bewaken en te behouden, is een euthanasiebox voor de niet levensvatbare biggen.

Bedrijfsgrootte speelt een rol
De diergezondheidskosten zijn € 30 per zeug hoger op grotere zeugenbedrijven dan op kleinere, blijkt uit cijfers van BINternet. De ziektedruk op grotere bedrijven is hoger en lastiger te managen. Bedrijfszekerheid en het werken met vreemd personeel zijn enkele redenen waardoor deze bedrijven vaker voor meer vaccinaties kiezen. “Vooral bij goede prijzen lijken meer bedrijven te kiezen voor een extra enting als vorm van verzekering”, geeft Van der Wielen aan, die betwijfelt of dit altijd de juiste keuze is.

Exporteren: drie vaccinaties nodig
Een andere oorzaak dat grotere bedrijven meer vaccinaties uitvoeren, heeft een commerciële reden. Grotere bedrijven kiezen vaker voor het exporteren van biggen en hiervoor zijn drie vaccinaties noodzakelijk. Dat is soms ingegeven door de handel, al is dat veterinair niet altijd noodzakelijk.

Gesloten bedrijven, bedrijven die een goede knip tussen dieren hebben of in een keten leveren, hebben de meeste kans om succesvol minder entingen bij de biggen uit te voeren. Een enting is een hulpmiddel en geeft geen 100% zekerheid, toch kiezen veelal grotere bedrijven voor het vaccineren van de biggen.

Minder vaccineren, toch goede resultaten
Van der Wielen is ervan overtuigd dat het mogelijk is om minder te vaccineren en toch goede resultaten te draaien. Onlangs begeleidde hij nog een bedrijf in de aanpak van PRRS dat door deze aanpak succesvol kon stoppen met deze vaccinatie. Daardoor boekte het bedrijf een verlaging van de gezondheidskosten van € 40 per zeug per jaar, en boekt betere resultaten. “Er is nog een wereld te winnen op het gebied van diergezondheid”, besluit de varkensarts. Hij geeft aan dat er voldoende voorbeelden aanwezig zijn die laten zien dat het mogelijk is om met minder vaccinaties succesvol(ler) varkens te houden.

23 januari 2020/ BOERDERIJ/Judith Waninge